Een economische droom voor Curaçao

Ambtenaren van MEO, GMN, VVRP en SOAW hebben onlangs samen met organisaties die een belangrijke rol spelen in onze economie en toerisme een economische droom voor Curaçao geformuleerd. Om tot de droom te komen, zijn naast ambtenaren ook vertegenwoordigers gesproken uit verschillende sectoren en belangenorganisaties; denk hierbij aan BPM, BTP, CBCS, CHATA, CMA, CTB, VBC, KvK en Climate Change Platform en vakbondscentrales. Daarnaast hebben ook een aantal medewerkers van de Nederlandse ministeries van Economie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (TWO) aan de sessies deelgenomen.

Economische droom voor Curaçao
Beeld: Tijdelijke Werkorganisatie/ Ministerie BZK

De droom

“Curaçao heeft een economie waar iedereen trots op kan zijn”, zo begint de droom. Iedereen is het erover eens dat na een lange periode van negatieve economische groei we erin moeten slagen een open, weerbare en diverse economie te creëren die respect afdwingt in het Caribisch gebied en ver daarbuiten. “Er is geen armoede meer. Onze burgers zijn gezond en gelukkig, hebben toegang tot onderwijs dat aansluit bij de arbeidsmarkt en beschikken over betaalbare en schone energie”, zo gaat de droom verder. Er wordt verder gedroomd over de verschillende economische pilaren waarin Curaçao kan groeien, waaronder landbouw, kenniseconomie en herwinbare energie (zee, wind, deining en waterstof) en over een jaarlijkse reële economische groei van 3 tot 4% zodat het land steeds rijker wordt. De droom eindigt met: “Bouwen aan onze economie is een hele onderneming. We doen het met elkaar. De sociale partners voeren een constructieve dialoog, de overheid faciliteert. Kennisinstituten, banken en NGO’s pakken hun rol. Samen dwingen we succes af. Curaçao- where business succeeds”.

Uitwerken droom in roadmap

Nu moet de droom uitgewerkt worden in een realistische roadmap: welke plannen kunnen worden gerealiseerd, wanneer en hoe? De focus van het landspakket wordt gericht op het wegwerken van de zogeheten ‘redtape’ en het verlagen van de ‘cost of doing business’. Er is een programmamanager aangesteld die aan de slag gaat met de aanbevelingen.